header Gjallar, Noormannen in de Lage Landen

   SCHRIFTELIJKE BRONNEN

PASSIO SANCTORUM MARTYRUM WALFRIDI ET RADFRIDI
(DE PASSIE VAN DE HEILIGE MARTELAARS WALFRIDUS EN RADFRIDUS)

Beslaat: ca. 1000
Geschreven: ca. 1100
Auteur: anoniem, mogelijk een geestelijke uit het bisdom Münster
Gedrukte uitgave: Schaïk, R. van, Walfridus van Bedum. Een duizend jaar oude Groninger overlevering (Groningen 1985), 142-147.
Nederlandse vertaling: Schaïk, R. van (1985).

IV
Hiis omnibus ita transactis preterea predixit eciam classemNorthmannorum maximo terrore ad Frisie partes venturam omnesque fines inter duo flumina, Emesam videlicet et Lavicam iacentes hostili manu devastaturos nec non et habitatores earum diversas penas et convicia passuros. Cumque patria illa de-/victa succubuisset, dixit eciam illos ad villiam opulentant, que Groninghe vocatur, processuros illamque cum adiacentibus terminis penitus depopulandam, scipsum autem in reditu eorum capi debere et quomodo et quali morte ex hoc mundo ad Christum deberet transire. Et hec omnia in rerum ordine esse comprobata sunt. Nam non multo post temporis pirate Northmannorum magno exercitu congregato ad predictas partes venerunt et defensores patri illius utpole tante cladis ignari fortissima acie circumquaque irruperunt. Illi autem quantum impetus hostium constanti corde conglobati hostile agmen retrocedere cogebant. Sed quia tante multitudini non etuis viribus occurrerunt, diutino congressu nimium gravati, laborem diutius tolerare non poterant. Northmanni ergo acrius insistentes Frisonum manun maiori vi opprimebant, sed flebilem et vix adeptam gloriam victorie ea tempestate acceperunt.
IV
Na dit alles voorspelde hij verder ook nog, dat een Noormannenvloot paniek zaaiend naar de Friese landen zou komen en dat het hele gebied tussen de twee rivieren, namelijk de Eems en de Lauwers, door de vijandige horde verwoest zou worden en de bewoners ervan bovendien allerlei lijden en beschimpingen te verduren zouden krijgen. Ook zei hij, dat wanneer dit land geheel en al overwonnen en bezweken zou zijn, de invallers naar het rijke dorp Groningen zouden komen en dat hijzelf tijdens hun aftocht gevangen genomen zou worden, en hoe en door wat voor dood hij uit deze wereld naar Christus zou gaan. En al deze voorspellingen zijn in deze volgorde in vervulling gegaan. Want niet lang daarna kwamen de Noormannen-piraten met een grote legermacht die ze verzameld hadden, naar deze gebieden en vielen van alle kanten de verdedigers van dit land, die immers niet op zo'n grote ramp bedacht waren, met een geweldige troepenmacht aan. De Friezen echter - hoe groot was de onstuimigheid der vijanden! - sloten met standvastig hart de gelederen en dwongen het vijandelijk leger terug te wijken. Maar omdat ze het met ongelijke mankracht tegen een zo grote massa hadden opgenomen, konden ze de inspanning niet langer opbrengen, totaal uitgeput als ze waren door het langdurige treffen. Nog feller doorzettend brachten de Noormannen de Friese strijdmacht derhalve door hun overmacht in het nauw, maar zij bereikten op dat moment slechts met veel pijn en moeite de roem van de overwinning.
V
Frisionibus igitur in fugam conversis perlustrabant Northmanni omnes munitiones patrie illius et quoscumque invenerunt inaudita membrorum debilitatione cruciabant. Cum nulla infligendo occasio illos ab incepto retraheret, processerunt ad villam, que Groninhe vocatur, hominibus et diviciis, ut prediximus, excellentem, positisque curiose insidiis subito belli terrore circumvallabant eam, parvo satis labore pre ignorantia munitam. Viris ville illius, ut inimicorum infestationem continuato strepitu intellexerunt, mox ad arma confugientibus hostilem impetum viriliter sustinuerunt. Sed mulieres ex collisione armorum perterrite arreptis parvulis extra munitionem fugerunt. Horribili undique exorto clamore virorum constantia languescere cepit. Hostes igitur per munitionem undique irruentes prohibentium excercitum penitus contriverunt plurimisque cesis ceteri fugerunt. Non solum autem predictam villam rapina et incendio vastabant, verum eciam basilicam sancti Martini ibidem constructam simili presumptione incenderunt.
Inde cum redirent, sanctum Waldfridum in oratione positum invenerunt et christiana ab eo confessione audita ad classem secum duxerunt et eum diversis penis cruciabant et postea capitalem sentenciam accepit. Parentes vero illius collata pecunia sanctissimum corpus ab inimicis redemerunt et infra domum in cella una, quam orationis causa construxerat, maximo exequiarum honore sepelierunt.
V
Toen dus de Friezen op de vlucht geslagen waren, lrokken de Noormannen dwars door alle versterkingen van het gebied en folterden ieder die ze aantroffen, op ongehoorde wijze lijf en leden verminkend. Aangezien geen enkele aanleiding zich voordeed om hen van hun onderneming te weerhouden, trokken ze door naar het dorp Groningen, uitmuntend door zijn bewoners en rijkdommen, zoals we eerder verteld hebben. En na zorgvuldig een hinderlaag gelegd te hebben omsingelden ze onverhoeds de schrik van de oorlog verbreidend het dorp, dat uit onwetendheid met slechts heel weinig inspanning versterkt was. Zodra de mannen uit het dorp door het voortdurend rumoer begrepen hadden dat de vijanden aanvielen, snelden ze terstond te wapen en boden moedig weerstand aan de vijandelijke aanval. Maar de vrouwen, in opperste schrik door het wapentreffen, grepen hun kindertjes en vluchtten van de versterking vandaan. Doordat overal een ijselijk geschreeuw opklonk, begon de standvastigheid der mannen af te nemen. De vijanden vielen derhalve van alle kanten de versterking binnen, liepen het leger verdedigers geheel en al onder de voet en nadat zeer velen gedood waren, vluchtte de rest weg. Niet alleen echter verwoestten ze door roof en brand het voornoemde dorp, maar ook staken ze de daar gebouwde St.-Maartenskerk met dezelfde euvelmoed in brand.
Toen ze daarvandaan terugkeerden, troffen ze de heilige Walfridus in gebed verzonken aan en toen ze gehoord hadden, dat hij zich tot het christendom bekende, voerden ze hem met zich mee naar hun schepen. Daar folterden ze hem met allerlei kwellingen en daarna onderging hij de doodstraf. Nadat echter zijn verwanten geld ingezameld hadden, kochten ze zijn allerheiligst lichaam van de vijanden los en bestelden het met de grootst mogelijke plechtigheid ter aarde in zijn huis, in een cel die hij daar had ingericht om te bidden.
VI
Interea coniunx beati Waldfridi filium suum Radfridum a circumstantibus requirebat et illo nusquam reperto quendam famulum suum , ut diligencius quereretur, mittebat. Cumque ille Radfridum diu quereret, tandem invenit eum iuxta domum suam a Northmannis peremptum. Tunc servus ille sanctum corpus deferre volebat, sed nullo conamine de terra illud levare poterat. Advocata igitur matre sua cum plurimis corpus sanctum iterum portare temptabant, sed sicut prius illud de terra levare non valebant. Placuit ergo eis in eodem loco sepulchrum fieri et sanctum corpus ibi sepeliri. Corpus eius quando in sepulchro posuerunt, ita leve eis videbatur ac si nullius fere esset gravitatis. Sepelierunt itaque sanctum Radfrídum in eodem loco gratias agentes Deo.
VI
Intussen vroeg de echtgenote van de heilige Walfridus omstanders naar haar zoon Radfridus en toen hij nergens te vinden was, stuurde ze een dienaar uit om hem meer nauwgezet te laten zoeken. En nadat deze Radfridus lange tijd gezocht had, vond hij hem eindelijk naast zijn huis door de Noormannen om het leven gebracht. De dienaar wilde toen het heilige lichaam wegbrengen, maar met geen mogelijkheid lukte het hem het van de grond te tillen. Na derhalve zijn moeder erbij geroepen te hebben, probeerden ze met zeer veel mensen nog eens het heilige lichaam op te beuren, maar evenals eerder slaagden ze er niet in het van de grond te tillen. Daarom besloten ze tezelfder plaatse een graf te delven en het heilige lichaam daar te begraven. Toen ze zijn lichaam in het graf legden, leek het hen zo licht alsof het bijna niets woog. De heilige Radfridus bestelden ze dan op diezelfde plek ter aarde en zegden God dank.

begin van deze pagina
terug naar het overzicht bronnen
startpagina